Artikel
4 nov '15
4 november '15
3 min

Stijgende economische zelfstandigheid van vrouwen

Tussen 2003 en 2013 is het aandeel economisch zelfstandige vrouwen van 20 tot 65 jaar gestegen van 45% naar 53%; tegenover 70% bij mannen in 2013. De andere 47% vrouwen heeft geen werk en is financieel afhankelijk van haar (ex)partner of een uitkering, of heeft een (kleine) deeltijdbaan en verdient daarmee te weinig om zelfstandig in het eigen levensonderhoud te voorzien.

Dit is te lezen in de Monitor Arbeidsmarkt die minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) maandag naar de Tweede Kamer stuurde. De Monitor Arbeidsmarkt geeft twee keer per jaar (april en oktober) informatie over de ontwikkeling van werkgelegenheid en werkloosheid.

Werkgelegenheid en werkloosheid

In deze Monitor Arbeidsmarkt wordt duidelijk dat het voorzichtige herstel van de Nederlandse economie in 2014 doorzet in 2015 en in 2016. De cijfers in de monitor laten zien dat ook de Nederlandse arbeidsmarkt zich in 2015 verder herstelt, verschillende cijfers komen aan bod rondom werkloosheidspercentages, WW-uitkeringen, re-integratievoorzieningen, etc. Vooral interessant in deze monitor is het nieuwe thema “Participatie en economische zelfstandigheid van vrouwen”.

Arbeidsparticipatie vrouwen

De arbeidsdeelname van vrouwen, met een bijzondere aandacht voor economische zelfstandigheid van vrouwen, is en blijft een belangrijk thema voor emancipatie, voor integratie en voor structurele economische groei. Sinds de jaren tachtig stijgt de arbeidsparticipatie voortdurend, bijna helemaal toe te schrijven aan de toegenomen arbeidsparticipatie van vrouwen. Het aandeel vrouwen dat zich aanbiedt op de arbeidsmarkt, steeg van 37,1% in 1980 naar 64,8% in 2014, terwijl deze stijging bij mannen veel kleiner was; van 77% naar 78,1%.

Economische zelfstandigheid

Door de toegenomen arbeidsdeelname zijn meer vrouwen economisch zelfstandig geworden. Het vergroten van de economische zelfstandigheid van vrouwen is voor de overheid sinds het Beleidsplan Emancipatie (1985) één van de belangrijkste doelen van het Nederlandse emancipatiebeleid. In de eerste plaats zijn vrouwen binnen het gezin dan onafhankelijker als het inkomen van hun partner wegvalt, bijvoorbeeld door ontslag of arbeidsongeschiktheid. Bij een eventuele scheiding zijn ze dan niet (direct) aangewezen op sociale zekerheid, maar kunnen zij in hun eigen onderhoud voorzien. Een andere reden is volgens het kabinet dat het gezinnen financieel minder kwetsbaar maakt als ze niet van slechts één kostwinner afhankelijk zijn. Voor de samenleving is het bovendien van belang dat het talent van (de steeds hoger opgeleide) vrouwen beter wordt benut.

Nog meer werk aan de winkel

Het arbeidsaanbod van vrouwen kan op verschillende manieren nog verder worden gestimuleerd. Steeds meer organisaties bieden bijvoorbeeld meer vrijheid om de werktijden beter af te stemmen op het privéleven, of maken flexibele arbeidstijden en/of thuiswerken mogelijk. Ook door de Wet modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden wordt dit gefaciliteerd. Met deze wet zijn nieuwe verlofmogelijkheden ingevoerd en zijn bestaande verlofmogelijkheden flexibeler inzetbaar en toegankelijker gemaakt. Verder hebben fiscale prikkels vooral voor moeders met jonge kinderen effect, daar zit nog de meeste rek in de arbeidsparticipatie. Dit alles moet het gemakkelijker maken om betaalde arbeid en zorg voor kinderen te combineren. Tot slot lijkt in dit kader een cultuuromslag nog steeds noodzakelijk. Want het zijn nog steeds overwegend vrouwen die de zorg dragen voor de kinderen en het huishouden; van een gelijke verdeling van zorgtaken binnen het gezin is vaak nog geen sprake.

Bron: Monitor Arbeidsmarkt oktober 2015

Monetta Driessen
HR-redacteur