Artikel
5 apr '16
5 april '16
3 min

Zelfontplooiing is nodig voor duurzaam onderwijs

Het onderwijs verandert in rap tempo. Veranderingen die invloed hebben op het primaire proces en daarmee de leerlingen, maar ook veranderingen in de manier waarop we naar werken in het onderwijs kijken, zoals de cao. Schoolbesturen, directeuren en de afdeling HRM moeten continu blijven inspelen op deze veranderingen. Als sectororganisatie wil de VO-raad richting geven aan deze ontwikkeling. Samen met mensen in het onderwijs.

Meer ruimte

Zelfontplooiing en het onderwijs. Twee termen die bijna als pleonasme aangemerkt kunnen worden. We spreken met Erwin Rog en Bas de Wit, twee senior beleidsadviseurs bij de VO-raad op hun kantoor aan het station Utrecht Overvecht. Niet toevallig tegenover het kantoor van vakcentrale CNV, want de onderwijs-cao, waar de VO-raad over onderhandelt met het CNV, is een belangrijk thema in het onderwijs. Erwin Rog: “De cao moet een etalage zijn van instrumenten die werkgever en werknemer in de arbeidsrelatie in kunnen zetten. Niet op de laatste plaats zou dit de zelfontplooiing van docenten moeten bevorderen.” Volgens de VO-raad wordt de zelfontplooiing van docenten op dit moment beperkt door de cao. De huidige cao in het voortgezet onderwijs is bij uitstek een voorbeeld van dichtgetimmerde afspraken die niet passen bij de huidige ontwikkelingen. Docenten in het onderwijs zijn op zoek naar meer eigenaarschap, naar meer zelfstandigheid. Hoe zet ik mijn uren in? Kan ik extra verlof inruilen voor een opleiding of cursus? Kan ik arbeidsvoorwaarden tegen elkaar uitruilen? Welke gevolgen hebben meer- of minder werken voor mijn pensioen? En hoe gaan we om met flexibiliteit in arbeidstijden en arbeidscontracten? Allemaal vragen die leven bij docenten en besturen. “Dit kan bijvoorbeeld met een vergaand Individueel Keuzebudget (IKB). Zo kunnen mensen in het onderwijs zelf keuzes maken.”

HRM niet meer exclusief het domein van HRM

“Het onderwijs anno 2016 vraagt om een andere manier van werken. Minder klassikaal. Meer flexibiliteit in uren. En locatie. Schoolbesturen en schoolleiders moeten hun docenten helpen om vorm te geven aan deze verandering.” Ook strategisch personeelsbeleid speelt hierbij een belangrijke rol. Maar dit is in het onderwijs nog relatief onderontwikkeld. Terwijl juist in het onderwijs, waar ontwikkeling van medewerkers cruciaal is, HRM een belangrijk onderdeel van het strategisch kwaliteitsbeleid zou moeten uitmaken. “HRM moet een link leggen tussen de visie van de school, ontwikkeling van onderwijs en de professionele ontwikkeling van personeel”, zegt Bas de Wit. “De eerste bij wie je aanklopt met vragen over je werk is je leidinggevende. Daarom hoeft HRM in het onderwijs niet meer het exclusieve domein te zijn van de HRM’er. Schoolleiders en HRM’ers moeten samen optrekken en strategisch personeelsbeleid onderdeel maken van de beleidsplannen.”

Het onderwijs van het onderwijs

Dan heb je nog de lerarenopleidingen. Het onderwijs van het onderwijs. Bas de Wit: “Leraren-opleidingen moeten opleiden voor morgen, niet voor gisteren. Maar dan moet er wel iets veranderen. Het aanleren van alle benodigde vakkennis, pedagogische en didactische vaardigheden kan eigenlijk niet in een opleiding van drie tot vier jaar worden gestopt. Wellicht moet dit wel meer uitgesmeerd worden over de loopbaan van een docent, waarbij lerarenopleidingen en scholen gezamenlijk optrekken in het samen opleiden en professionaliseren.” Erwin Rog vult aan: “Het is zeker geen kommer en kwel, maar permanente educatie is noodzakelijk in het onderwijs. Je blijvend ontwikkelen kan in een combinatie van formeel en informeel leren. Door een goede dialoog kunnen we de docent in zijn of haar kracht zetten en zo het onderwijs verder brengen.”

Gratis publicatie ‘Werken toen, nu & straks’

Het volledige artikel is uitgegeven in de publicatie ‘Werken toen, nu & straks’ van Driessen HRM. De publicatie is gratis aan te vragen of te downloaden via www.driessen.nl/werken.

Pieter Philippart
Marketing manager bij Driessen