De beloningsverschillen tussen mannen en vrouwen worden kleiner. Dit komt onder andere door een stijgend opleidingsniveau van vrouwen. Jonge vrouwen verdienen bijvoorbeeld meer dan jonge mannen. Zo laat het CBS onderzoek ‘Gelijk loon voor gelijk werk?’ zien.
In het onderzoek corrigeerde CBS de beloningsverschillen voor een twintigtal relevante kenmerken. Of de verschillen die overblijven na deze correctie komen door seksediscriminatie of andere oorzaken kon CBS met het onderzoek niet vaststellen.
Er zijn nog altijd loonverschillen tussen mannen en vrouwen. Deze verschillen hebben voor een belangrijk deel te maken met factoren zoals opleidingsniveau, beroepsniveau, deeltijd- of voltijdwerk en werkervaring.
Als CBS rekening houdt met de twintig achtergrondkenmerken verdienden in 2008 vrouwen bij de overheid nog 7 procent minder dan mannen. Dat was in 2014 gedaald tot 5 procent. In dezelfde periode daalde het verschil in het bedrijfsleven van 9 naar 7 procent.
Zonder dat CBS de twintig achtergrondkenmerken meeneemt, vertonen de cijfers een soortgelijke trend. De beloningsverschillen zijn wel groter. In 2008 verdienden vrouwen bij de overheid dan 16 procent minder dan mannen. Dit was in 2014 nog 10 procent. In het bedrijfsleven nam het verschil in dezelfde periode af van 22 naar 20 procent.
Voor het bepalen van het verschil in beloning gebruikt CBS het gemiddelde bruto-uurloon. De gemiddelde lonen voor mannen en vrouwen zijn hoger bij de overheid (26 euro voor mannen en 24 euro voor vrouwen) dan in het bedrijfsleven (21 en 17 euro).
Jonge vrouwen verdienen gemiddeld meer dan mannelijke werknemers van dezelfde leeftijd (CBS neemt hierbij de twintig achtergrondkenmerken niet mee). Dit is bij oudere werknemers andersom.
Het omslagpunt waarop mannen meer verdienen dan vrouwen is bij de overheid een hogere leeftijd dan in het bedrijfsleven. Vrouwen verdienden in 2014 bij de overheid vanaf 36 jaar minder dan hun mannelijke leeftijdsgenoten. Dit was in het bedrijfsleven vanaf 30 jaar.
Het hogere uurloon van jonge vrouwen heeft voor een groot deel te maken met de gemiddeld hogere opleiding van jonge vrouwen. Het opleidingsniveau bij oudere werknemers (vanaf 45 jaar) is onder mannen hoger dan onder vrouwen. Bovendien spelen factoren als werkervaring en beroepsniveau een grotere rol. De oudere groep is qua aantallen en salarissen nog altijd dominant binnen het totale werknemersbestand.
Vrouwen lijken door alle leeftijden heen bezig met een inhaalslag bij de overheid. Zo verdiende een 50-jarige vrouw daar in 2008 gemiddeld nog 20 procent minder dan een mannelijke collega van vijftig jaar. Dit loonverschil was in 2014 afgenomen tot 13 procent. Van deze inhaalslag is in mindere mate ook sprake bij vrouwen in het bedrijfsleven. Het verschil daalde daar in deze periode van 30 naar 27 procent.
Bron: CBS