Waar het begon met een proefschrift over cultuur en management na zijn economische studie, heeft prof. Dr. Fons Trompenaars inmiddels heel wat boeken, artikelen en een ted talk op zijn naam staan. Hij schreef onder andere de wereldwijde bestseller ‘riding the waves of culture’. Wij stelden hem enkele vragen over regels in relatie tot culturele diversiteit.
Eind jaren ‘80 begon Fons Trompenaars een eigen training en consultancybureau. Hij reist regelmatig de wereld over om professionals, waaronder HRM’ers en leidinggevenden, te trainen op drie vlakken: cultuurvraagstukken bij internationalisering, cultuurintegratie en corporate identiteit. Daarnaast beschikt hij over een enorme schat aan kennis die hij graag, met de nodige humor, deelt met zijn publiek.
Fons: “We hebben een 7-dimensionaal model voor cultuur ontwikkeld. De eerste dimensie van dat model is universalisme versus particularisme. Als je het letterlijk vertaalt: regels versus uitzonderingen. Bij universalisme is er een regel, die is universeel, dus voor iedereen gelijk. Bij particularisme hangt het af van de omstandigheden.
We hebben metingen gedaan waarin je ziet dat Protestante culturen (met Amerika, Canada, Nederland en Zwitserland zelfs op één) vrij hoog scoren op universalisme. Bij Katholieken en Latijnen (onderaan staat Venezuela en ook China) zijn er wel regels, maar houden ze van uitzonderingen. Nederland scoort vrij hoog, want Nederland is een bijzonder land wat dat betreft. In de uitdrukking ‘Wij zijn dominee en koopman’, is de dominee van de regel en de koopman van de uitzondering. Die uitdrukking is van toepassing op Nederland.”
“Laat ik beginnen met het voorbeeld dat ik vaker in mijn lezingen deel. Stel, je rijdt in een auto met een vriend. Je vriend rijdt 50 km p/u daar waar hij 30 km p/u mag en raakt een voetganger. Je komt voor het gerecht en de advocaat van je vriend die te snel reed, zegt tegen jou: “Maak je geen zorgen, je bent de enige getuige”. Twee vragen. De eerste: ‘Wat is het recht van jouw vriend om van jou te verwachten dat je liegt voor hem of haar?’ en de tweede vraag: ‘Zou je liegen?’
Regel gedreven culturen of individuen zeggen: ‘Mijn vriend heeft geen enkel recht en ik ga hem ook niet helpen door te liegen.’ Een particularist zegt: ‘Ik heb meer informatie van je nodig, want ik weet nog niet wat ik antwoord. Wat is er bijvoorbeeld met de voetganger gebeurd?’ Het antwoord hangt af van wat er met de situatie is gebeurd. Een vraag die ik ooit kreeg was: ‘Wat is er met de auto gebeurd’. De persoon die deze vraagt stelt, weet wel dat er een regel is, we zijn niet gek, maar het antwoord is niet altijd volgens de regels, dat hangt van de situatie af. Vandaar dat ze het particularisme noemen, het hangt af van de omstandigheden. Daar scoort Zwitserland hoog, 97% van de mensen zegt daar namelijk: ‘Mijn vriend heeft geen enkel recht, maar ik help hem niet door te liegen.’ Nederland scoort hoog met 92%, maar in Venezuela zit je op 33%. Uiteindelijk draait het hier om waar je het meest in vertrouwt. In de relatie die uitzonderlijk is, die met je vriend, of vertrouw je meer op de regel? Dat is universalisme versus particularisme.”
Lees ook het artikel: “Maak werk van culturele diversiteit!’
“Het voorbeeld van het auto-ongeluk is een dilemma. Er is namelijk niemand in de wereld die hun vrienden niet wil helpen. Er is ook niemand die niets heeft met de waarheid (de regel). De waarde van een waarde helpt je om een dilemma op te lossen. Want de waarde en het gedrag dat daarbij hoort, is ontstaan uit een uitdaging om een probleem op te lossen.
Consensus is bijvoorbeeld een waarde in Nederland. Wij moeten mensen betrekken. En dat is omdat wij een probleem hadden en water moesten bevechten. En als je water bevecht, heb je consensus nodig. Stel nu dat de waarde integriteit is. Integriteit is het creëren van een geheel dat bestaat uit een tegenstelling. Laten we even teruggaan naar het voorbeeld van de auto. Wat ze in Japan zouden doen is hun vriend overtuigen om zelf de waarheid te vertellen. Dit is de oosterse oplossing, je begint met de particularistische relatie, om de universele waarheid boven tafel te krijgen. De westerse benadering is andersom. Mijn vriend heeft een regel geschonden, daar lieg ik niet over, dus ik zeg de waarheid
en ga mijn vriend regelmatig opzoeken in de gevangenis. Met andere woorden: er zijn twee manieren om met het dilemma tussen de regel en de uitzondering om te gaan. De oosterling begint met de relatie om de waarheid c.q. regel boven tafel te krijgen. De westerling begint met de regel om de relatie te verdiepen.”
“Larry Greiner schreef twee artikelen met de titel: ‘Evolution and Revolution as Organizations Grow.’ Greiner zag in organisaties dat controle juist zorgde voor een overvloed aan regels. Mensen werden gek van de bureaucratie. Greiner constateerde dat na de crisis of control (die we gehad hebben in de Westerse wereld) er een crisis of red tape komt. Regels kunnen over de top gaan en dat is omdat mensen de context van de regel niet meer begrijpen.”
“Ongeschreven regels zijn de normen en waarden”
“Ongeschreven regels, wat eigenlijk normen zijn van cultuur, zijn niet altijd expliciet. Een cultuurmodel helpt daarbij. Wij beschrijven cultuur als een ui. Aan de buitenkant heb je de expliciete cultuur. Dat zijn de geschreven regels. Wat we bijvoorbeeld eten of kunnen observeren (bijvoorbeeld een strafboek). Maar daaronder zitten de normen en waarden. Dat zijn de ongeschreven regels. Waarden zijn oriëntaties die mensen gemeenschappelijk hebben over wat wenselijk is. Normen zijn ongeschreven, impliciete regels, die bepalen wat wij denken dat wij moeten doen. Als een waarde een norm wordt, vinden wij het fijn datgene wat wij moeten doen. Dan verdwijnt het uit ons bewustzijn en wordt het een absolute veronderstelling. Zuurstof is een waarde, maar als de waarde van zuurstof een norm wordt; ook wel een gezond mens dat ademhaalt genoemd, dan denken we daar niet elke 10 seconden aan. Met andere woorden: een waarde is een norm geworden en wordt dan een absolute veronderstelling.“
“De ongeschreven regels, daar begint het vaak mee. Je begint niet met geschreven regels. Dat is een resultante van de uitdagingen die wij mensen hebben. We hebben bepaalde richtlijnen nodig die ons helpen te overleven. Bijvoorbeeld als er veel auto-ongelukken gebeuren, want we waren niet gewend aan auto’s in de jaren ‘30. Dan komen er eerst ongeschreven regels, zoals het zou verstandig zijn om bij een kruispunt te stoppen. Het begint met het onbewust stoppen bij een stoplicht. We moeten die ongeschreven regel ‘Let op bij een kruispunt’ expliciet maken en er een regel van maken, zoals een bekeuring wanneer je door rood licht rijdt. Dat komt uit de uitdaging die wij mensen hebben om een probleem op te lossen. En als het werkt wordt het ook nog leuk gevonden en wordt het zelfs een waarde.”
Dit interview is gepubliceerd in het magazine van Driessen Groep, september 2019, over REGELS.