Lange tijd leek er weinig schot te zitten in het sociaal overleg tussen werkgevers en bonden. Maar nu kunnen we mogelijk binnen een week een akkoord verwachten. De maximale duur van de WW lijkt 3 jaar te blijven, waarvan de overheid 2 jaar betaalt en werkgevers en medewerkers het derde jaar voor hun rekening nemen door middel van een premie. In het sociaal akkoord gaat ook de verplichting voor bedrijven om 5% arbeidsgehandicapten in dienst te nemen van tafel. Ten aanzien van de versobering van het belastingvoordeel van pensioensparen wordt nog gepraat over alternatieven.
De maximale duur van de uitkering bij werkloosheid, de WW, lijkt 3 jaar te blijven. In ruil voor behoud van de uitkering zijn de bonden nu bereid van medewerkers een bijdrage te vragen, die kan oplopen tot 10 euro per maand. De overheid betaalt dus de uitkering 2 jaar, werkgevers en medewerkers nemen zelf het derde uitkeringsjaar voor hun rekening. Hierover zijn de voormannen van vakbeweging, werkgevers en kabinet het in principe eens geworden, bevestigen betrokken bronnen.
De werkgevers op hun beurt krijgen in het akkoord voorlopig nog geen quotum opgelegd voor het aantal arbeidsgehandicapten dat zij in dienst moeten gaan nemen. Het kabinet wilde bedrijven verplichten het aandeel medewerkers uit de doelgroep tussen 2015 en 2021 stapsgewijs te verhogen tot 5% van het totaal aantal medewerkers. Op overtreding zou een boete staan. Het kabinet gaat nu akkoord met een ‘vrijwillig quotum’.
Vakbeweging, werkgevers en kabinet sleutelen ook aan het pensioenstelsel. VVD en PvdA willen het belastingvoordeel van pensioensparen versoberen. De sociale partners hebben grote bezwaren tegen het schrappen in de belastingaftrek. Een van de varianten waarover wordt gesproken, is een wijziging van de zogenoemde ‘omkeerregel’. Nu is de pensioenpremie onbelast, maar de uitkering belast. Een optie is het pensioensparen voortaan deels te belasten.
In eerste instantie stelde het kabinet de deadline om te komen tot een sociaal akkoord op 31 maart. Sinds premier Mark Rutte de gesprekspartners uitstel verleende, is er volgens minister Lodewijk Asscher ‘veel werk verricht’. Het grote belang van een akkoord met de sociale partners zit hem in het feit dat het kabinet zo hoopt dat het makkelijker wordt de oppositie achter zijn plannen te krijgen. Dat is nodig omdat de coalitie van VVD en PvdA in de Eerste Kamer geen meerderheid heeft. Nu lijken de onderhandelingen dus in een beslissende fase beland te zijn en hoewel betrokkenen zeggen dat er nog steeds iets kan misgaan, heerst er nu optimisme over een snelle afloop.
Lees ook: Stijgende werkloosheid onderstreept noodzaak sociaal akkoord.
Bron: Volkskrant, nu.nl