Artikel
24 apr '13
24 april '13
3 min

Burgemeesters lossen elkaar sneller af

Burgemeesters blijven steeds minder lang op hun post zitten, vooral sinds 1980 zitten ze steeds korter in één gemeente. Dat blijkt uit een analyse van het ANP en het weblog Sargasso. De afgelopen 10 jaar bleef een burgemeester ongeveer 5,5 jaar op zijn post, terwijl dat in de jaren 80 nog gemiddeld 10 jaar was. Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) ziet hiervoor een aantal verklaringen.

NGB: samenleving wordt mobieler
De meting van het afgelopen decennium kan wat vertekend zijn, omdat een aantal burgemeesters nu nog op hun post zit en daarom niet is meegenomen in de berekening. Desalniettemin herkent het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) het beeld. “De hele samenleving wordt mobieler, mensen stromen sneller door. Zowel in het bedrijfsleven als bij de overheid”, legt een woordvoerder uit. “De leeftijd waarop iemand burgemeester wordt, is in al die jaren ook behoorlijk gestegen, daardoor gaan de bestuurders sneller met pensioen. Bovendien is het burgemeesterschap steeds meer een taak geworden die veel van je vraagt.”, legt de woordvoerder uit.

Verschuiving taak burgemeesters

Henk Dekker, hoogleraar politieke socialisatie en integratie aan de Universiteit Leiden, herkent ook de verschuiving in het takenpakket van burgemeesters. Volgens hem zijn zware portefeuilles vaak naar wethouders gegaan, maar wordt van burgemeesters meer en meer verwacht dat ze zich met andere lastige zaken bezighouden, zoals het vergroten van de opkomst bij verkiezingen en integratie.

Afscheid meestal eigen initiatief
De burgemeester zit voor een periode van 6 jaar en kan dan opnieuw benoemd worden. ”Vaak is dat niet meer dan een check of het vertrouwen er is. Er komt geen nieuwe procedure aan te pas.” aldus de NGB-woordvoerder. “Het gros van de burgemeesters neemt dan ook zelf afscheid; slechts 6 tot 8 burgemeesters per jaar vertrekken door bestuurlijke problemen.”

Politieke afkomst
Decennialang waren verreweg de meeste burgemeesters die nieuw werden geïnstalleerd van CDA-huize. In 2012 leverde de VVD de meeste nieuwe burgemeesters, voor het eerst in de geschiedenis van de partij.
De meeste burgemeesters zijn lid van een politieke partij, maar dit is niet verplicht. Slechts van weinig burgervaders is de voorkeur onbekend. Voorstanders van de partijloze burgemeester stellen dat burgemeesters die lid zijn van een politieke partij, de schijn tegen kunnen hebben niet onafhankelijk te zijn. Volgens anderen zou verplichting van een partijloze burgemeester een onzinnig idee zijn, aangezien het haast onmogelijk is om politiek kleurloos te zijn. Ook al is een burgemeester geen lid van een politieke partij, er is altijd sprake van een politieke afkomst.

Bron: Binnenlands Bestuur, Sargasso

Monetta Driessen
HR-redacteur