Artikel
16 jun '14
16 juni '14
2 min

Social return binnen Nederlandse gemeenten

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft aan TNO gevraagd om in kaart te brengen hoe gemeenten op dit moment invulling geven aan social return. In het onderzoek is onder andere gekeken hoeveel gemeenten social return inzetten, met welk doel en in welke vorm.

Social return: wat is het eigenlijk?
Publieke en private organisaties passen sinds enkele jaren social return toe bij hun inkoop- en aanbestedingstrajecten. Dit heeft als doel om concrete sociale winst op te leveren. Om dit te bereiken worden er sociale voorwaarden opgenomen in de inkoop-en aanbestedingstrajecten. Er wordt aan opdrachtnemers gevraagd om een bijdrage te leveren aan het vergroten van de arbeidsparticipatie van onder andere mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

De cijfers
Uit het onderzoek van TNO blijkt dat 79% van de respondenten social return toepast. Van de 403 gemeenten die ons land telt, komt dat neer op 318 Nederlandse gemeenten. Dit blijkt een sterke stijging te zijn, die vooral de laatste jaren is ingezet. Het onderzoek laat bovendien zien dat steeds meer gemeenten social return toepassen vanuit hun beleid, in plaats van ad-hoc.

Doelen en vormen van social return
Veel gemeenten zijn bezig met social return, maar met welk doel wordt dit gedaan? Uit het onderzoek blijkt dat social return vaak wordt ingezet met het volgende doel:

  • Het realiseren van uitstroom uit de uitkering;
  • Mensen die moeilijk aan het werk komen, werkervaring oplaten doen;
  • Realiseren van bewustwording bij opdrachtnemers, dat inactiviteit een maatschappelijk probleem is, waarvoor gezamenlijk oplossingen gevonden moeten worden.

De meest toegepaste vorm van social return is via verplichting in de bestekbepaling, zoals de 5% regeling of andere uitvoeringsvoorwaarden. Daarnaast blijkt dat bijna de helft van de gemeenten gunningscriteria zoals een sociale paragraaf toepast.

Meer lezen?
Bekijk het volledige rapport ‘Inventarisatie social return bij gemeenten’ van TNO. 

Bron: Rijksoverheid en TNO