Deze week is het de Internationale Week van de Borstvoeding. Het thema is Naar een babyvriendelijke wereld: iedereen kan mee een stap vooruit doen. Het idee van Unicef en de WHO is om tijdens deze week moeders aan te moedigen tot het geven van borstvoeding. Overheden wereldwijd worden aan de hand van een aantal vuistregels gestimuleerd om hier beleid op te maken.
Waar overheden een belangrijke rol spelen in de voorlichting, spelen bedrijven een belangrijke rol in de facilitering. Zeker in Nederland, waar 77% van de vrouwen met kinderen een baan heeft en te maken heeft (gehad) met het combineren van een baan met het geven van borstvoeding.
In Nederland is het recht om je kind te voeden vastgelegd in de wet onder Artikel 4.8: voedingsrecht onder de arbeidstijdenwet. Volgens deze wet heeft een vrouw de eerste 9 maanden het recht om haar kind onder werktijd borstvoeding te geven of te kolven. Ze mag hiervoor maximaal 1/4 van de werktijd gebruiken. De werkgever betaalt verplicht het loon door. Dit betekent dat je zowel op het werk mag kolven, als de beschikbare tijd gebruiken om naar je kindje toe te gaan om hem of haar te voeden. Verder omschrijft de wettekst dat de werkneemster de arbeid mag ontbreken om in rust en afgezonderd haar kind te zogen, dan wel de borstvoeding te kolven. De werkgever biedt haar daartoe de gelegenheid en stelt, waar nodig, een geschikte af te sluiten besloten ruimte ter beschikking.
Deze wettekst is duidelijk maar kan desalniettemin leiden tot discussie. Het is daarom van belang dat de afdeling HRM beleid ontwikkelt dat past bij de organisatie. Beleid dat uiteraard valt binnen de kaders van de wet, maar goed voelt voor zowel werkneemster als de rest van de organisatie. Bij Driessen hebben we bijvoorbeeld een aparte kolfruimte ingericht. De kunst aan de muur vonden wij wel toepasselijk en maakt de ruimte net wat gezelliger. Wij zijn erg benieuwd hoe jullie organisatie omgaat met het voedingsrecht.
