Artikel
10 jan '19
10 januari '19
3 min

Cao Gemeenten 2020: een eerste beschouwing

De tekst van de Cao Gemeenten is bekend. Wel moeten de leden van de werkgeversvereniging en de vakbonden zich nog uitspreken in een ledenraadpleging. Voor verschillende onderwerpen is namelijk nog nadere duiding nodig. Beschouw de tekst als een werkversie en ga vast aan de slag. De punten die ons opvielen, delen we graag.

Aangezien de tekst van de cao Gemeenten een één-op-één omzetting van de CAR-UWO is, is deze op hoofdlijnen gelijk aan de tekst van de CAR-UWO. Naast de punten die in de ledenbrief van de werkgeversvereniging benoemd zijn, valt ons het volgende op:

1. Het karakter van de cao: standaard

De Cao Gemeenten is een standaard-cao. Dit betekent dat er in beginsel niet van de cao mag worden afgeweken; niet ten nadele van de werknemer maar ook niet ten gunste van de werknemer. Dit is alleen anders als in een specifiek cao-artikel expliciet opgenomen is dat afwijking mogelijk is.

Een voorbeeld van zo’n artikel is artikel 3.20, dat gaat over de overwerkvergoeding. In lid 9 van dit artikel is bepaald dat de werkgever ten gunste van de werknemer van het bepaalde in artikel 3.20 kan afwijken als de werknemer als arts in dienst is van de GGD of GHOR of als de werknemer werkzaam is in het crisispiket.

Gelet op de keuze voor een standaardkarakter (niet afwijken, tenzij in een cao-artikel anders is bepaald) is het vreemd dat er in artikel 1.7 een hardheidsclausule opgenomen is. Daarmee wordt namelijk nog een tweede mogelijkheid tot afwijking geboden. Deze mogelijkheid laat bovendien ruimte om van elk cao-artikel onbeperkt af te wijken. Weliswaar uitsluitend in bijzondere gevallen, maar de werkgever is vrij in zijn interpretatie van wat een bijzonder geval is.

Het valt nog te bezien of er in de praktijk straks veelvuldig gebruik gemaakt gaat worden van deze hardheidsclausule. De clausule biedt in elk geval een ruime mogelijkheid om, ondanks het standaardkarakter van de cao, toch op individueel niveau van de cao afwijkende afspraken te maken.

2. Ontbreken disciplinaire straffen/maatregelen

De disciplinaire straffen die in hoofdstuk 16 van de CAR-UWO staan, zijn door cao-partijen volledig losgelaten. Hoofdstuk 16 van de huidige CAR-UWO is niet vertaald naar de Cao Gemeenten. De cao kent alleen de schorsing als ordemaatregel (artikel 11.4).

Als u na de invoering van de Wnra disciplinaire maatregelen wilt blijven hanteren, dan moet u daarvoor beleid maken dat u opneemt in uw personeelshandboek.

3. Re-integratietraject en ontslag wegens disfunctioneren

Het re-integratietraject bij disfunctioneren op grond van artikel 10d:5 e.v. van de CAR-UWO is overgenomen in artikel 9.15 en 9.16 van de Cao Gemeenten.

Het Burgerlijk Wetboek kent de figuur van het re-integratietraject na ontslag bij disfunctioneren niet. Het traject zoals dat nu geformuleerd is in de cao, sluit niet aan bij de arbeidsrechtpraktijk. 

Op basis van de huidige formulering in de Cao Gemeenten is niet duidelijk in welke fase van het disfunctioneringstraject de re-integratie moet plaatsvinden. Ook is niet duidelijk hoe het re-integratietraject zich verhoudt tot de transitievergoeding.

Cao-partijen geven aan dat het niet hun intentie is om het re-integratietraject en de transitievergoeding te laten cumuleren. Een gezamenlijke werkgroep buigt zich hierover. Uiterlijk 1 maart 2019 volgt een advies. Als er voor handhaving van het re-integratietraject wordt gekozen, wordt dan hopelijk ook duidelijk hoe dit past in de arbeidsrechtelijke disfunctioneringspraktijk.

Benieuwd naar het volledige artikel? Lees dan verder op IJK.nl/kennis.