Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft de jaarlijkse uitgave ‘Cultuur in beeld’ gepubliceerd met een overzicht van de ontwikkelingen in de cultuursector. Dit jaar wordt veel aandacht besteed aan de gevolgen van de economische crisis en de bezuinigingen. Uit de cijfers blijkt dat de cultuursector sneller krimpt dan de economie als geheel. Vanzelfsprekend heeft de recessie ook invloed op de ontwikkeling van de werkgelegenheid in de sector.
Uit de publicatie blijkt dat de cultuursector sneller krimpt dan de economie als geheel, waarbij vooral het vrije marktdeel bijzonder getroffen wordt en dan met name de creatieve industrie. Ook zijn de giften in 2011 gehalveerd ten opzichte van 2009, waarbij vooral het bedrijfsleven het laat afweten.
De financiering door het Rijk van de Culturele Basisinfrastructuur en de publieke fondsen is teruggebracht van 530 miljoen euro in de periode 2009-2012 tot 458 miljoen euro in de periode 2013-2016. De netto bijdrage aan cultuur van de gemeenten (G35) en de provincies is in de periode 2011-2013 afgenomen van 1,3 mld euro naar 1,2 mld euro, een afname van 9%.
Nederland behoort op het gebied van cultuurparticipatie nog steeds tot de koplopers van Europa. We staan in de Europese top 3 met theaterbezoek, het lezen van boeken en het bezoeken van historische monumenten, musea of galerieën. Minister Jet Bussemaker komt in haar visie op cultuur dan ook op voor een brede waardering van cultuur als verbindende factor in de samenleving. Zij maakt onderscheid tussen de intrinsieke waarde (de betekenis van cultuur voor het individu), de maatschappelijke waarde (voor de samenleving als geheel) en de economische waarde (de bijdrage als bedrijfstak aan de werkgelegenheid en het Bruto Binnenlands Product).
In de culturele sector werkten eind 2010 circa 256.000 mensen in loondienst (voltijds of deeltijds) of als zelfstandige, dit is 3,3% van de werkzame beroepsbevolking. Ongeveer tweederde van hen is in loondienst en ongeveer eenderde is werkzaam als zelfstandige. Onder invloed van de economische recessie is de groei van het aantal banen tussen 2009 en 2010 licht gedaald met 0,4%. Voorlopige cijfers voor 2011 wijzen op een verdere daling van het aantal banen. Opvallend is met name een groei van het aantal zelfstandigen, hetgeen ten koste gaat van het aantal mensen in loondienst.
Kunst en cultuur zijn overal. Zo staat samenwerking tussen de cultuursector en andere sectoren volop in de belangstelling, bijvoorbeeld tussen de cultuursector en de zorg. De aanwezigheid van beeldende kunst draagt bij aan het veraangenamen van een bezoek aan ziekenhuis of huisarts. Ook het belang voor de algemene ontwikkeling van kinderen staat als een paal boven water. Cultuureducatie behoort dan ook tot de wettelijke taken van het basis- en voortgezet onderwijs. Bovendien consumeren mensen niet alleen meer kunst in een zaal, maar ook via de media. De opmars van het mobiele internet en de tablets is in deze publicatie nog niet zichtbaar, maar het is zeer waarschijnlijk dat de consumptie via (mobiel) internet de komende jaren verder zal groeien.