Acht jaar geleden startte Mondomijn in nieuwbouwwijk Brandevoort in Helmond met een handjevol leerlingen. Inmiddels telt het integraal kindcentrum 450 leerlingen, komende uit diverse gemeenten en is er een wachtlijst tot 2021! Wat maakt deze school zo bijzonder? We vroegen het Joke Tillemans, directeur van Mondomijn.
“De wereld is aan het veranderen. En zal dat de komende 80 jaar ook nog doen. Onze kinderen gaan volgens het huidige systeem pas in 2085 met pensioen. Wij moeten ze voorbereiden op een maatschappij die voortdurend verandert”, zo start Joke het interview.
“Op voorhand wisten we dat we een aantal dingen anders wilden doen. Bijvoorbeeld het werken volgens het principe van het ‘gemiddelde kind’. Want als je dat doet, ga je meteen standaardiseren. Dat is nou juist wat we niet willen. Het gemiddelde kind bestaat namelijk niet.
We zijn begonnen met heel veel vragen opnieuw te stellen. Wat hebben kinderen in de leeftijd van 0 tot 13 jaar nu echt nodig bij hun ontwikkeling? Uit onderzoek onder kinderen en ouders hebben we antwoord gekregen op deze vraag. Kinderen willen een plek waar ze zich fijn voelen, waar ze van anderen kunnen leren, geïnspireerd raken en dingen meemaken met andere kinderen. Ouders willen graag persoonlijk contact en meer flexibiliteit.
Daarnaast hebben we veel wetenschappelijk onderzoek geraadpleegd over wat wel en niet werkt. Zo weten we bijvoorbeeld hoe belangrijk beweging is. Het heeft effect op het welbevinden, op gezondheid en op de werking van het brein. Maar in het reguliere onderwijs leren wij kinderen juist om stil te zitten.”
“Je ziet het al meteen bij binnenkomst. Er staan geen 30 tafeltjes en stoeltjes in een leslokaal. We maken gebruik van grote en open ruimtes. Daarnaast werken wij in 4 ‘domijnen’ die zijn vormgegeven per leeftijdsgroep. Van 0 tot 3 jaar, 3 tot 6 jaar, 6 tot 9 jaar en 9 tot 12 jaar. Mondomijn is 52 weken per jaar van 07:30 tot 18:30 uur open. Dit biedt zowel de ouders als de medewerkers meer flexibiliteit. Maar het belangrijkste is dat we het programma voor het gemiddelde kind loslaten. Voor ieder kind maken we een programma op maat.”
“Samen met ouders en kind maken we een kinderontwikkelplan. Hierin stellen we leerdoelen vast en bespreken we op welke manier het kind graag wil leren. Wil hij dat bijvoorbeeld in groepsvorm of liever individueel, op de tablet of met echte materialen? Ieder ‘domijn’ heeft een team van professionals bestaande uit leerkrachten, pedagogen en specialisten. We noemen ze ook wel mentoren. Hierdoor kunnen we focussen op een brede ontwikkeling.
“We zien dat we hele blije en gelukkige kinderen krijgen door deze werkwijze”
Zo hebben we een aantal talentgebieden: sportcampus, een kunstwerkplaats, een mondomijnlab, een kookstudio en muziekatelier. Kinderen lopen stage, starten hun eigen bedrijfjes en kunnen een workshop volgen. Kinderen kunnen zelf kiezen waar ze gebruik van maken. Onze insteek is om een zo hoog mogelijk ambitieniveau te halen. Wat we nu zien, is dat je eigenlijk wordt afgerekend op het vak dat je het minst goed kan. Dat bepaalt je niveau. We focussen vooral op waar kinderen goed in zijn. Want daarmee gaan ze uiteindelijk de meerwaarde voor de maatschappij creëren.“
“Voor iedereen die hier komt werken is de werkwijze nieuw. Dat is voor iedereen even wennen. Je staat fysiek samen met je collega’s op de werkvloer en we coachen door de inzet van video interactie begeleiding. Als je dat niet gewend bent of niet prettig vindt, kan het heel lastig zijn. Een stuk zelfreflectie is dan ook een must. Maar ook het samenwerken en het ontvangen en geven van feedback is waardevol. Een onderzoekende houding hoort daar ook bij. Zijn er meer scholen in Nederland dit die concept toepassen? Of lopen jullie voorop? “Er zijn een paar initiatieven in Nederland die het ook rigoureus anders doen en daar ook heel ver mee gekomen zijn. Deze zijn echter op één hand te tellen. Wel zijn er honderden organisaties gestart om het anders te doen. Wekelijks ontvangen we geïnteresseerden uit zowel binnen- als buitenland om te kijken hoe het er bij ons aan toe gaat. Dus de wens om te veranderen is er zeker.”
“Bij elke verandering doorlopen we 4 fasen; verkennen, ontwikkelen, realiseren en vieren. Het begint ermee dat je helder moet hebben waar je naar toe wilt. In de ontwikkelfase maken we altijd de verbinding tussen wetenschappelijk en praktijkonderzoek. Dit geeft een fundament waarop je je keuzes kunt baseren. In de realisatiefase komt de praktijk aan de orde. Dit is de fase waarop we goed voor het team moeten zorgen. Alles wat we bedacht hebben, moet ook werken. Als kinderen er bijvoorbeeld voor kiezen om op de tablet te werken, dan moet de tablet het ook wel doen. Dit is ook de fase waarin we elkaar vragen blijven stellen waarom we de dingen doen zoals we ze doen. Bij het vieren is niet alleen het resultaat belangrijk. Juist hoe je dat met je team bereikt hebt, bepaalt het succes. Als je krachten bundelt, hoeft er geen enkel kind tussen wal en schip te vallen.”
Dit artikel is verschenen in magazine Driessen Persoonlijk, editie september 2017.