Minister Bussemaker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) stelt dit najaar geld beschikbaar voor een stimuleringsregeling ‘open en online onderwijs’. Dergelijk onderwijs kan zorgen voor innovatie en kwaliteitsverbetering van het onderwijs en hoger studiesucces. Instellingen voor hoger onderwijs kunnen vanaf november 2014 een projectvoorstel indienen.
Hogescholen en universiteiten over de hele wereld maken steeds vaker onderwijsmateriaal en cursussen vrij toegankelijk via internet. Het gebruik van platforms voor massive open online courses (MOOC’s), open courseware en open leermateriaal steeg explosief.
Het budget van de nieuwe stimuleringsregeling is 800 duizend euro voor projecten bij Nederlandse instellingen voor hoger onderwijs. SURF begeleidt de projecten en verzorgt de kennisuitwisseling en -verspreiding. Ook zet SURF kortlopende (onderzoeks)projecten in gang voor verschillende aspecten van open en online onderwijs.
Er zijn volgens SURF meerdere pluspunten om in te zetten op open en online onderwijs. Ten eerste biedt het open beschikbaar stellen van onderwijsmateriaal kans voor profilering voor de onderwijsinstelling. Verder kan open en online onderwijs studiekiezers ondersteunen bij het maken van de goede studiekeuze. Op de derde plaats kan inzet van open leermaterialen het studierendement van studenten verhogen en differentiatie en maatwerk in het onderwijs mogelijk maken. Ten vierde blijkt in de praktijk dat het openbaar maken van lesmateriaal de kwaliteit daarvan laat toenemen. Tot slot kan open en online onderwijs een impuls geven aan onderwijsinnovatie.
Via de projecten van open en online onderwijs kunnen instellingen ervaring opdoen met de toepassing ervan. De instellingen met projecten delen hun ervaringen met elkaar en met het totale hoger onderwijs. Projecten die in aanmerking komen voor de stimuleringsregeling zijn gericht op online onderwijs dat werkt met leermateriaal met een Creative Commons-licentie. Bovendien is dat onderwijs open qua tijd, plaats, toegang of programma en/of wordt het gratis aangeboden. Het gaat om projecten die beginnen tussen mei en september 2015 en die maximaal zestien maanden duren.
De doelgroep van de regeling bestaat uit Nederlandse instellingen voor hoger onderwijs die geaccrediteerd onderwijs verzorgen. De subsidie is maximaal 100 duizend euro per project en de instellingen matchen het subsidiebedrag met tenminste 50 procent eigen middelen.
Het ministerie van OCW verwacht dat de ministeriële regeling in november in de Staatscourant staat. De regeling wordt verspreid via de nieuwsbrief en website van SURF. Op 3 december organiseert SURF een voorlichtingsbijeenkomst over de stimuleringsregeling in Utrecht.
De onderwijsinstellingen kunnen tot 3 februari 2015 een projectvoorstel indienen hoe zij open en online onderwijs willen toepassen. Een commissie onder verantwoordelijkheid van de Wetenschappelijk Technische Raad van SURF beoordeelt de voorstellen met criteria zoals de doelstelling, beoogde resultaten, planning en begroting. De indieners van de twintig best beoordeelde inzendingen krijgen een uitnodiging om hun voorstel persoonlijk toe te lichten. De minister van OCW neemt in april 2015 een besluit over de subsidies.
Minister Bussemaker is van plan van 2015 tot en met 2018 jaarlijks geld beschikbaar te stellen voor het stimuleren van open online hoger onderwijs. Op verzoek van het ministerie van OCW helpt SURF bij de uitvoering van de regeling.
Bronnen: Rijksoverheid, SURF