Eén op de vijf zorgprofessionals werkt met veel bezieling. Dat is meer dan het landelijk gemiddelde. Eenzelfde deel van de zorgprofessionals denkt echter aan een andere baan. Er staat druk op de bezieling in de zorg. Zo komt naar voren uit het Nationaal Welzijnsonderzoek Zorg van zorgdienstverlener VvAA.
Het onderzoek werd gedaan door hoogleraar Wilmar Schaufeli in opdracht van de VvAA. Aan het online-onderzoek deden 1241 zorgprofessionals mee. Dat 20 procent van de ondervraagden vol bezieling werkt, is zo’n zeven procent meer dan het gemiddelde in Nederland. Wel hebben zorgprofessionals iets meer last van burn-outklachten dan de rest van werkend Nederland (15,6 procent tegen 14,6 procent). Zorgprofessionals zijn ongeveer even tevreden met hun werk als de gemiddelde Nederlandse werkende (71 procent tegen 70 procent).
Achttien procent van de zorgprofessionals overweegt een carrièreswitch. Dat komt vooral door administratieve rompslomp en toenemende werkdruk. Bijna 13 procent van de zorgprofessionals wil binnen een jaar ander werk vinden. Dat laatste ligt nog wel 3 procent onder het landelijke gemiddelde.
Schaufeli stelt op de site van BNR dat er nog geen absolute ramp dreigt, maar dat de signalen zeker zorgwekkend zijn. “We zien onder andere dat er een erg hoge werkdruk is en dat er sprake is van allemaal beleidsmaatregelen die maken dat de ruimte en mogelijkheden die mensen in de zorg hebben om hun beroep op een manier te doen die hen bezieling heeft onder druk komt te staan.”
Volgens het onderzoek zijn apothekers het minst tevreden over hun werk. Ze ondervinden een hoge werkdruk en vinden dat er weinig mogelijk is om te leren en zich te ontwikkelen. Maar 6,5 procent van hen is bevlogen in het werk. Bijna een derde denkt aan een carrièreswitch en ruim een kwart wil binnen een jaar ander werk. De behoefte aan een andere baan is ook groot onder dierenartsen en medisch specialisten (respectievelijk 15 en 14 procent).
Schaufeli in een filmpje op de website van VvAA: “Je zou kunnen zeggen dat apothekers een beetje voor de troepen uit lopen. Ze hebben als eerste te maken gekregen met regeldruk, met verzekeraars, met overheidsregels en dat is iets wat bij die andere waarschijnlijk nog gaat komen. Daarom moeten we waakzaam zijn.”
De meeste bevlogenheid is er bij tandartsen en fysiotherapeuten. 26,2 procent van beide groepen gaat met bezieling aan het werk. Fysiotherapeuten doen het in het onderzoek relatief goed op ‘waardering van patiënten’ en ‘passend werk’. Daarbij hebben ze geen last van negatieve beeldvorming bij het publiek.
Zelfstandigen in de zorg hebben minder burn-outklachten (11,7 procent) dan hun collega’ s met een dienstverband (17,1 procent). Daarnaast verschillen zelfstandigen en zorgprofessionals met een dienstverband in de factoren waar ze bevlogen van worden. Bij zelfstandigen gaat het om leren, ontwikkelen en afwisseling. Degenen met een dienstverband zijn met name bevlogen door werk dat past bij wat ze willen en kunnen.
Bronnen: nrc.nl, VvAA, BNR