Per 1 januari 2016 zijn de “Wet flexibel werken” en de “Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd” van kracht geworden. Beide wetten hebben geleid tot wijzigingen in de CAR en zijn direct van toepassing op gemeenteambtenaren.
Deze wet volgt de “Wet aanpassing arbeidsduur” op. Het doel is flexibel werken te bevorderen. De mogelijkheid om een verzoek te doen tot aanpassing van de arbeidsduur was al geregeld in de “Wet aanpassing arbeidsduur”. In deze nieuwe wet wordt het ook mogelijk om een verzoek te doen tot aanpassing van de werktijden en de arbeidsplaats. In de Wet flexibel werken is de procedure opgenomen hoe dergelijke verzoeken dienen te worden behandeld.
Deze wet is niet van toepassing voor medewerkers die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt. Deze medewerkers kunnen wel een verzoek doen tot aanpassing van de arbeidsplaats of (spreiding van de) werktijden.
In de gemeentelijke sector was het al mogelijk om na de AOW-gerechtigde leeftijd in dienst te blijven of in dienst te treden. Dit blijft mogelijk.
Langer doorwerken kan op twee manieren:
Voor medewerkers die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, gelden niet de gebruikelijke ontslaggronden van de CAR-UWO, maar geldt dat beide partijen zonder opgaaf van reden afscheid van elkaar kunnen nemen, met inachtneming van een opzegtermijn van één maand. Dit geldt niet wanneer de medewerker ziek is.
Bron: VNG, LOGA