Uit onderzoek van de ‘Taskforce Beheersing Zorguitgaven’ van de ministeries van Volksgezondheid en Financiën, blijkt dat de kosten voor de zorg in Nederland de pan uit rijzen. Op dit moment is Nederland, samen met Zweden, koploper als er gekeken wordt naar de uitgaven voor (langdurige) zorg. De kosten kunnen in de periode van 2010-2015 stijgen tot wel 75 miljard.
Op 1 januari 2013 worden er een aantal taken van de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) overgeheveld naar gemeenten. Maar de werkgroep is van mening dat er nog meer taken uit de Awbz op het bordje van de gemeenten moeten komen te liggen. Volgens de werkgroep moet de zorg terug naar de kern. Dit kan op verschillende manieren:
Jolande Sap van GroenLinks staat hier volledig achter. De partij wil de huidige bestuurlagen op de kop gooien waarbij gemeenten helemaal verantwoordelijk worden voor de zorg. Hierbij geeft GroenLinks twee opties. In de eerste optie zullen er drie bestuurslagen komen. Hierbij zal het Rijk zorgen voor de landelijke kaders en de provincies worden verantwoordelijk voor ruimtelijke ordening, milieu en waterbeheer. Uiteindelijk zullen de gemeenten dan helemaal verantwoordelijk worden voor participatie en zorg. De tweede optie betreft het opschalen van gemeenten; de provinciale taken worden herverdeeld onder de gemeenten waarbij de provincie zijn bestuursfunctie moet afgeven.
Sap is, net als de werkgroep, van mening dat naast de begeleiding ook ouderenzorg en eventueel intramurale zorg (binnen de muren van een instelling) onder verantwoordelijkheid van de gemeenten moet komen te staan. Gemeenten zijn volgens Sap beter in staat om dit efficiënt en kleinschalig te regelen, waardoor er uiteindelijk meer bezuinigingen gerealiseerd kunnen worden.
Maar het vergroten van de taken van gemeenten op het gebied van de zorg zitten natuurlijk ook gevolgen. Zo vrezen gemeenten dat er vanaf 1 januari 2013 een run komt op hun Wmo-loketten. Gemeenten krijgen namelijk geen extra budget voor de taken die vanaf 2013 van de Awbz overnemen. Gemeenten moeten dus meer activiteiten doen, zonder extra budget.
Bron: Binnenlands Bestuur